Vorige maand ontsnapte de blinde Chinese activist Chen Guangcheng uit zijn woning, waar hij huisarrest had, en vestigde zich in de Amerikaanse ambassade in Peking. Juist op het moment dat de Amerikaanse minister van buitenlandse zaken Hillary Clinton in Peking op bezoek was voor een meerdere dagen durend overleg.
Na 6 dagen van intensief onderhandelen tussen China en de Verenigde Staten vertrok Chen weer uit de ambassade, om zich in het ziekenhuis te laten behandelen. Chen zegt de garantie te hebben gekregen dat hij niet wordt opgepakt en China heeft laten weten dat hij een studievisum kan aanvragen om in de VS te kunnen studeren. Afgelopen nacht meldde Chen zich per mobiele telefoon in een vergadering van het Amerikaanse huis van afgevaardigden, waar hij om hulp verzocht voor zijn poging om met gezin en al naar Amerika te vertrekken.
Ondertussen heeft Chen de regering Obama met een nachtmerrie-scenario achtergelaten. Er moet immers geschipperd worden tussen de kwetsbare relatie met aankomend supermacht China, dat excuses eist voor het opvangen van Chen, en een verkiezingscampagne in eigen land. President Obama zit immers niet te wachten op slechte publiciteit van een activist die geen bescherming kreeg in het land van de vrijheid en de Romney-campagne, nooit te beroerd om in een open wond te porren, was er als de kippen bij om Obama zwakheid en besluitenloosheid te verwijten in de zaak Chen. De vraag is nu hoe Obama en Clinton in een zaak waarin eigenlijk geen goede oplossing voor is, toch tot een aanvaardbare uitkomst denken te komen. Wordt vervolgd…
Lees ook:Meneer Chen zet voet op Amerikaanse bodem
Lees ook:De slag om de Chinese activist part 2
Lees ook:China bereidt tot hardere acties tegen Iran
Lees ook:VS op koers voor koppositie bij Spelen
Lees ook:Amerika is opnieuw het beloofde land